COLUMN | Ons lichaam is erop ingesteld om een bepaalde hoeveelheid slaap te krijgen. En die hebben we ook hard nodig. Een belangrijk proces in ons lichaam om te kunnen slapen, is onze biologische klok ofwel ons bioritme. Dit is een heel bijzonder verschijnsel en zorgt voor ons slaap- en waakritme. Niet alleen mensen, elk wezen op aarde heeft een biologisch ritme. Dus alle dieren, insecten, maar ook planten en schimmels hebben een interne klok. Deze interne klok helpt ons lichaam om volgens een ritme van 24 uur te leven. De klok is erop ingesteld om ’s nachts te rusten en overdag actief te zijn.
Wat is een biologische klok?
De biologische klok is een kleine groep neuronen, de suprachiasmaticus nucleus (SCN), in de hersenen die we kunnen beschouwen als de masterklok van ons lichaam. Het is zo groot als een erwt en zit letterlijk tussen onze oren. Deze cellen vertellen ons dus wanneer we moeten slapen en opstaan, maar beïnvloeden ook de spijsvertering, hormoonspiegels, het immuunsysteem, de gemoedstoestand en nog veel meer! Elke 24 uur opnieuw.
Dag- en nachtritme
De SCN is gevoelig voor licht en donker. Deze signalen worden via onze ogen aan die bio-klok gegeven. Zo zorgt de biologische klok er onder andere voor dat ons slaap-waakritme overeenkomt met het dag-nachtritme. De biologische klok is dus van groot belang voor de slaap. Via invloeden van buitenaf past de klok zich aan op het 24-uurs ritme. Overdag voelen we ons actief en alert en zodra de zon ondergaat, worden we slaperig en moe. Dit heeft te maken met de aanmaak van hormonen. Zodra het donker wordt, gaan onze hersenen meer van het ‘slaaphormoon’ melatonine produceren. Dit hormoon zorgt ervoor dat de lichaamstemperatuur, het hartritme en de bloeddruk dalen. ’s Morgens stopt de aanmaak van melatonine en neemt het hormoon cortisol het over. Ons lichaam komt dan weer op gang. Klaar voor een nieuwe dag vol actie.